Mieke van Oss uit Volkel snapt er niets van. De hele middag is er hulp in huis, want ze is tot de schouders verlamd. Maar die hulp mag niet eens een glaasje water geven. Daarvoor komt apart iemand langs.
Een glaasje water geven kan iedereen. Nu moet ik als ik dorst heb wachten tot er iemand is. –
Zeuren wil Van Oss (43) niet. ,,Ik kom niks tekort, ben juist iemand die altijd denkt in oplossingen en mogelijkheden.” Toch trekt ze aan de bel. Sinds 2005 is ze door een hoge dwarslaesie tot de schouders verlamd.
Ze kan niet zelf eten en drinken, en dus moet ze daarbij worden geholpen. Maar, nu komt het: de huishoudelijke hulp die er vijf middagen per week is, mag haar niets geven; zo zijn de regels nou eenmaal. En dus moet er dus zelfs voor dat glaasje water speciaal een verzorgende of verpleegkundige langskomen, want die zijn wel bevoegd.
In de praktijk betekent het dat Mieke ’s middags vier keer iemand over de vloer heeft. ,,En dit noemen ze dan maatwerk. Ik hoop gewoon dat er iemand met daadkracht opstaat, die met een eenvoudige oplossing komt. Een glaasje water geven kan iedereen. Nu moet ik als ik dorst heb wachten tot er iemand is.”
Art Lemkens is directeur bedrijfsvoering van Interzorg, die bij Van Oss de huishoudelijke hulp levert. Hij bevestigt dat eten en drinken geven een taak is die daar niet bijhoort. ,,Bij een hoge dwarslaesie is verslikken een zeer concreet risico. Stel dat er iets gebeurt: daar zijn onze huishoudelijke hulpen gewoon niet voor opgeleid. Dan moet er iemand met een medische achtergrond bij zijn.”